Tips voor een hond met verlatingsangst

Verlatingsangst is simpel gezegd de stress die een hond ervaart wanneer hij alleen thuis is. Honden zijn roedeldieren: ze zijn gewend om samen te zijn en kunnen zich onveilig voelen zonder hun baasje in de buurt. Dit kan tot vervelend gedrag leiden, voor je omgeving én voor je hond. Hij kan overmatig gaan blaffen of janken, spullen in je huis kapotmaken of onrustig heen en weer lopen. Sommige honden gaan ook binnen plassen of poepen, zelfs als ze zindelijk zijn, of willen niets meer eten of drinken als je weg bent.

Het is belangrijk om te weten dat dit gedrag dus voortkomt uit angst en onzekerheid, niet uit koppigheid of ‘stout zijn’. Gelukkig kun je met wat geduld, training en de juiste hulpmiddelen je hond leren dat alleen zijn heel normaal is en zelfs een ontspannen moment kan worden.

1.         Begin klein en bouw op

Laat je hond eerst kort alleen, bijvoorbeeld 1 minuut. Kom daarna weer terug en doe alsof er niets bijzonders is gebeurd. Bouw dit langzaam op naar 5, 10, 30 minuten en uiteindelijk meerdere uren. Belangrijk: pas het tempo aan aan de behoeften van je hond. Sommige honden hebben weken nodig, anderen pakken het sneller op.

2.         Houd het afscheid rustig

Het klinkt verleidelijk om uitgebreid te knuffelen en troosten bij vertrek, maar dat maakt je hond alleen maar alerter dat er ‘iets’ gaat gebeuren. Vertrek en kom thuis alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Maak er geen groot drama van, maar zeg gewoon een kalm ‘tot straks’. Zo leert je hond dat weggaan én terugkomen heel gewoon is.

3.         Zorg voor een veilige, vertrouwde plek

Maak een fijne plek in huis waar je hond zich goed voelt, bijvoorbeeld zijn mand, bench of een rustig hoekje in de woonkamer. Zorg dat deze plek altijd beschikbaar is, ook als je thuis bent, zodat het echt zijn veilige plekje wordt.

4.         Geef hem iets om te doen

Een hond die beziggehouden wordt, heeft minder tijd om zich druk te maken. Bovendien zorgt de mentale uitdaging er ook voor dat je hond rustiger wordt. De snuffelmat van Rosewood komt hier perfect van pas! Strooi wat brokjes of kleine snacks in de mat en laat je hond speuren. Snuffelen werkt ontspannend en je hond associeert je vertrek met iets positiefs. Wissel geregeld af met ander speelgoed, zodat je hond steeds uitgedaagd wordt.

5.         Maak signalen van vertrek onvoorspelbaar of minder belangrijk

Ben je iemand die eerst de thermostaat checkt, sleutels pakt, jassen en schoenen bij elkaar zoekt en al met al een heel ritueel heeft voordat je de deur uitstapt? Hoe langer je hond doorheeft dat je gaat vertrekken, hoe hoger zijn stress zal oplopen. Als je steeds hetzelfde ritueel hebt, gaat je hond dit herkennen als ‘mijn baasje gaat zo weg en ik ben alleen’. Pak bijvoorbeeld je sleutels en je jas zonder weg te gaan of doe je schoenen aan zonder naar buiten te gaan. Dit doorbreekt de koppeling tussen jouw ritueel en stress.

6.         Vermoei je hond vóórdat je weggaat

Een hond die net een fijne wandeling heeft gehad of een spelletje heeft gespeeld, zal makkelijker rusten als je weg bent. Combineer lichamelijke beweging met mentale uitdaging, bijvoorbeeld een korte trainingssessie gevolgd door even snuffelen in de tuin (of in de snuffelmat).

7.         Laat hem ook weer wennen als hij geen verlatingsangst heeft

Zelfs als je hond geen verlatingsangst heeft of dit al heeft afgeleerd, is het slim om hem weer langzaam aan je afwezigheid te laten wennen als de vakantie op zijn einde loopt. Zo voorkom je dat hij terugvalt in oud gedrag én kun je met een gerust hart weer aan het werk.

Bij puppy’s is het belangrijk om vanaf dag één te oefenen met korte momenten alleen zijn. Begin bijvoorbeeld met even de kamer uitlopen en bouw dit stapje voor stapje uit. Zo wordt alleen zijn een normale ervaring.

Bij volwassen honden kan het lastiger zijn, zeker als ze al langere tijd niet gewend zijn aan alleen zijn. Hier helpt het om echt terug te gaan naar de basis: minuten opbouwen, herhalen, belonen en vooral geduldig blijven.